Interpellatie Gemeenteraad 26-10-2010

Mondelinge vraag 8

De heer Daniel Termont, burgemeester-voorzitter. De achtste ondervraging is een vraag van mevrouw Isabelle De Clercq over het onaanvaardbaar uitblijven van een standpunt van het college van burgemeester en schepenen betreffende de volksraadpleging rond de districten. Mevrouw Stevens heeft dan ook het woord, want zij had een gelijkaardige vraag voor het vragenuurtje ingediend, en zal zich daarbij aansluiten. Mevrouw De Clercq.

Mevrouw Isabelle De Clercq. Dank u, mijnheer de burgemeester. Het is een lapsus die telkens terugkomt blijkbaar, “aanvaardbaar”, maar het is “onaanvaardbaar”. Het is inderdaad, collega’s, burgemeester, reeds de derde keer dit jaar dat ik rond dit onderwerp moet interpelleren. Derde keer goede keer, zo is het normaal, maar het feit dat ik hier de derde keer het punt op de agenda moet brengen zegt hier niet veel goeds. U herinnert zich dat reeds in januari de Raad van State het collegebesluit waarbij de hertelling van de handtekeningen niet zou gebeuren heeft vernietigd, met als gevolg, om het eenvoudig te stellen, dat die hertelling van de handtekeningen rond de volksraadpleging voor districtsbesturen wel degelijk moest gebeuren. Interpellatie februari: wat zou het college doen? Dat was daar het onderwerp van de vragen in de gemeenteraad, en toen had het college na beraad gezegd dat men gezamenlijk aan de rechtbank zou vragen een deskundige aan te stellen die dan onafhankelijk de hertelling kon leiden. Dat was perfect. Het college heeft dat op 18 maart bekrachtigd. Want inderdaad, het is maar normaal, denk ik, als de Raad van State een dergelijk arrest uitspreekt, dat men het best niet laat liggen maar daar integendeel een passend gevolg aan geeft. Temeer ook, zoals we allen weten, blokkeren een aantal periodes het organiseren van een referendum, bijvoorbeeld één jaar voor de gemeenteraadsverkiezingen mag het niet, en dergelijke meer, dus ook daaromtrent is men aan bepaalde periodes gebonden, en het hertellen, collega’s, van 27.000 handtekeningen is op zich al een titanenwerk zodat daar zeker ook op zich een hele tijd zal over gaan vooraleer die deskundige zijn werk zal hebben afgerond. Hoe dan ook, omdat er in de zomerperiode nog steeds geen oplossing was, zelfs nog geen begin van een oplossing om het hele probleem aan de rechtbank voor te leggen, volgde vorige maand dan een interpellatie waarbij gewezen wordt op de toch wel onaanvaardbaar lange duur dat dit aansleepte. Toen, mijnheer de burgemeester, hebt u gezegd – ik heb hier het woordelijk verslag voor mij – dat een verzoekschrift met de beide standpunten van de partijen aangaande de omschrijving van de opdracht van de deskundige zou kunnen neergelegd worden bij de rechtbank in de eerste helft van oktober. Wel, collega’s, we zijn intussen 26 oktober. Maar er ligt helemaal niets neer op de rechtbank. Er is bij mij weten zelfs nog geen tekst waar de Stad kan achter staan of wil achter staan, want uiteindelijk, mijnheer de burgemeester, collega’s, het is de Stad die hier is terechtgewezen door de Raad van State, en het is mijns inziens dan ook eigenlijk de Stad die het initiatief zou moeten nemen opdat het vooruitgaat en zeker bij iedere vraag in die zin van de initiatiefnemer zou moeten reageren. Dit is hier absoluut niet het geval. Ik vind dit echt onbehoorlijk bestuur. Wij hebben hier in deze raad al herhaalde malen aangedrongen om inderdaad het nodige te doen. De initiatiefnemer blijkt ook een officiële aanmaning aan het college te hebben toegezonden. Ook de ombudsvrouw is daarover geïnterpelleerd en gecontacteerd, maar nog steeds staan we nergens. Ik zou dan ook, mijnheer de burgemeester, willen vragen, wat is nu precies de toedracht van de zaak? Wanneer komt er nu iets van? Want de tijd dringt, en ik denk dat het alleen maar democratisch is dat men zo vlug mogelijk het geheel inderdaad aan de rechtbank voorlegt zodanig dat de hertelling dringend kan beginnen.

De heer Daniel Termont, burgemeester-voorzitter. Ik wil mij eerst en vooral verontschuldigen. Mevrouw Stevens zal tussenkomen bij de volgende interpellatie van mevrouw De Clercq. Niet op deze. En, mevrouw De Clercq, ik heb mij uiteraard geïnformeerd, en kan in dit verband enkel melden dat de raadsman van de Stad Gent mij beloofd heeft om het onderzoekschrift in de loop van deze week op punt te stellen en aan de raadsman van de heer De Decker over te maken voor neerlegging. Mevrouw De Clercq. Mevrouw Isabelle De Clercq. Ja, goed, ik hoop nu, mijnheer de burgemeester, dat die belofte toch wordt nagekomen. Het was vorige maand ook gezegd dat het al had neergelegd moeten zijn maar het is ook niet gebeurd. Dus ik hoop dat het op die manier inderdaad voortgang zal vinden. Anders zal ik daarover een vierde keer moeten tussenkomen.

De heer Daniel Termont, burgemeester-voorzitter. Ik zal aandringen bij de externe raadsman, mevrouw.

Plaats een reactie